De Schaapscheerdersmaaltijd werd op veel plaatsen op de Veluwe gegeten na het scheren van de schaapskudde in Loenen, Elspeet, Rheden en Ede. Nu leeft deze traditionele maaltijd alleen nog in Ede. Na het schaapscheren op de tweede zaterdag in juni, wordt deze in de schaapskooi gegeten.
Omdat de scheerders deze dag hard hadden gewerkt en dus veel vocht waren verloren, kregen zij zoute stokvis met aardappelen en boterjus als dank voor een dag hard werken. Dit was vroeger geen dure maaltijd, de schaapherders hadden het namelijk niet zo breed. In deze tijd word er vaak voor een andere zoute vissoort gekozen. Door de zoute vis wordt er weer voldoende vocht vastgehouden.
Als toetje kreeg en krijgt men warme rijstepap met bruine-suiker. Vroeger werd er ook brandewijn bij geschonken.
Bekijk het fragment uit onze tv-uitzending over dit verhaal:
Gerelateerde verhalen
